Van oktober 2015 tot december 2019 vertelde ik maandelijks live een verhaal voor publiek in het Kempisch uurtje. Dat Kempisch uurtje, met daarin die verhalen, zijn digitaal terug te vinden op de website van kempen tv.
HW

Jaon Jansen was een kei in verhalen vertellen.


November 2015


Het schrijven van verhalen, het vertellen van gewone dingen. Maar ook het verzamelen van echte keien en geschiedenis van Reusel
"Als grafsteen wil ik straks een heel grote kei hebben en het liefst een die hier in Reusel gevonden is". Het was Jaon Jansen ten voeten uit.
De man die zijn wortels diep in Reusel heeft, werd er geboren aan de Mierdseweg en groeide er op
Jaon was iemand die dingen zag die anderen ontgingen,
Al in 1934, hij was 10 jaar, ging hij met de schoolk­las kijken naar de opgravingen van de grafheuvels in Hooge Mierde die door Mieke van Loon waren gevonden.
Hij gaf zijn ogen goed de kost en voelde me meteen verkocht aan het­geen hij zag".
Het waren niet alleen de oude verhalen die zich aan de buitenwereld prijsgaven maar ook de oeroude stenen en voorwerpen die uit moeder aarde bloot gelegd werden en die hem boeiden.
"Waar ik ook ooit ging wandelen nadien, altijd lette ik op stenen en voorwerpen die ik tegenkwam" zegt de Reuselse verha­lenverteller.
In een vitrine in zijn garage heeft hij zo een verzameling waarin zelfs fossiele resten van dinosaurussen en mammoeten, maar ook gebruiksresten als speerpunten en stenen kogels ontbreken er niet. Zijn tuin bij zijn huis werd een museum met stenen, die hij moeiteloos naar ontstaan en samenstel­ling kan duiden en het was deze kennis die hem al vaak te pas kwam.
Hij gaf ook onderricht op de basisscholen in de omgeving.
Jaon, de oudste uit een gezin van 10 kinderen had zich in het arbeidzame leven ontwikkeld van een sigarenmaker,hij begon op zijn 14-de bij de Willem 2 sigarenfabriek, tot vertegenwoordi­ger bij Imants ploegenfabriek en later als administrateur voor de gezinszorg en het maatschappelijk werk. Hij was 20 jaar lid van de gemeenteraad waarvan 8 jaar als wethouder. Hij bracht samen met zijn vrouw Griet 4 kinderen groot. Als opa van 5 kleinkinderen dacht hij meer tijd te hebben voor zijn stenen­verzameling toen hij in 1984 met pensioen ging, maar dat bleek een misrekening. Fietsen maar vooral het vertellen en het schrijven van verhalen werd van hobby een passie. Bussen vol toeristen werden verrast met de Kempische volksverhalen van Jaon Jansen. Het zijn verhalen van oude gebeurtenissen en legendes die hij smakelijk weet te brengen en waaraan hij altijd een eigen draai aan kan geven, daarbij gesteund door een fotografisch geheugen. "Alles wat ik vanaf mijn tweede jaar tegen kwam weet ik nog", zegt hij.
De Gloeiige en andere verhalen
Het blad de Schééper van de Reuselse Heemkunde is het blad waar Jaon de meeste van zijn verhalen aan toevertrouwt. Hij heeft er de vaste rubriek Hanna en Drieka, maar ook schreef hij gedichten, toneelstukken en verhalen.
Zijn verhaal over de Gloeiige werd verfilmd met Wil 'Post' in de hoofdrol en zijn smokkelverhaal over Schore Fons en het smokkelen werd in 1959 al opgevoerd met burgemeester Willekens in een belangrijke rol. De smokkelverhalen doen het nog steeds erg goed bij Jaon, maar ook de kei van Reusel is een onderwerp waar hij zich graag mee bezig houdt.

De kei
D'r was kritiek gekomme op m'ne faom,
omdat ze um gebruiken wilden als naom,
ik gaai proberen ij duidelijk te maoken
dat ik 't werd ben in ut durp te geraoken
witte gij wel dat ik uit het Cambrium stam,
in het twidde diluvium naar hier toe kwam
dat ik de oudste steen soort ben, de mensen bekend,
en dat ge ze in Holland nergens anders mer vent

Als vertolker van de belangen van de Reuselse Kei schreef Jaon in 1962 een gedicht met wel 80 coupletten als reactie op de kritiek op de naamgeving voor het nieuwe gemeenschapshuis dat in dat jaar werd geopend. Zijn passie en kennis van stenen kwamen hem nu goed van pas en de Reuselse kei had hem altijd geboeid.

"Hij lag in de buurt van het Kroonven in de bossen en een legende vertelde dat er een schat onder lag. Hierdoor werd er vaak onder gegraven waardoor hij naar beneden zakte".
Op initiatief van de gemeenteraad waar hij toevallig zelf in zat kreeg de 1442 kg zware kei een plaats in het Reuselse cen­trum, maar daarmee was zijn route nog niet voltooid.
"Toen later Hooge Mierde een gemeenschapshuis kreeg vonden we het zielig voor hen dat ze ook niets zoiets hadden en uit balorigheid besloten er enkelen om de steen te verplaatsen".
Broer van Gompel had een takelwagen en midden in de nacht ging men op weg." Helaas viel de steen voortijdig uit de riemen en het was een hele toer om hem weer terug te krijgen. "We moeten hem terug hebben declameerde Jaon al staande in Hooge Mierde op de Kei. Burgemeester Meys zag dat zo niet gebeuren. "Hier moet niets" zei hij en eiste samen met de Mierdenaren een losgeld dat hij uiteindelijk ook kreeg. "In Rijsoord haalden we een stuk scheepsketting dat tot op de dag van vandaag de Schakel symbo­liseert".
Het zou niet alleen bij deze ludieke actie blijven zo weten ze ook in Arendonk waar de plaatselijke steen, een vergelijkend exemplaar, gekaapt werd om een tijd in Reusel te figureren. "Hier zagen ze de humor niet meteen van in," weet Jaon nog. Het idee om het kanon in Zand-Oerle te kapen werd ook pas op het laatste moment afgeblazen. "Ach, het was maar snotneuze­rij..."

In 2009 schreef hij zijn laatste bijdrage van  Hanna en Drika, in de laatste aflevering komen ze te overlijden.
Op zijn 85-ste merkte hij hoe het leven hem dingen afpakte. Enkele eerder zijn vrouw, nu zijn gezichtsvermogen. De krant lezen lukte niet meer
Jansen kan het moment nog herinneren dat hij startte met de rubriek waarin Hanna en Drika op hun eigen wijze het leven gingen beschouwen. “Het was in de Indiëtijd, we brachten toen het blad De Brug uit. Twee van mijn broers dienden overzee en zij lazen op deze manier over het leven in de Kempen.”
Later schreef hij ook andere zaken zoals een toneelspel, en ook daar kwamen Hanna en Drika om de hoek kijken. Hij kan nu nog vertellen over de periode dat zijn stuk als revue werd gespeeld, meesterlijk moeten de rollen geweest zijn zoals Frans Kerkhofs en Harrie van het zwarte Jantje de verzonnen figuren neerzetten. Toen in de jaren tachtig heemkundeblad De Scheeper er kwam ging zijn rubriek met de twee cultfiguren daarin verder.
Hanna en Drika waren aanvankelijk sigarenmaker en boer en ze beleefden wat iedereen hier meemaakte. Tien jaar terug maakte hij al de laatste aflevering die deze week gepubliceerd wordt.
“Ik wist dat er ooit een laatste keer zou zijn. Misschien mag ik blij zijn dat ik het nog zo lang heb mogen doen,” zegt hij.
Behalve voor Hanna en Drika is het stoppen van zijn pen ook het einde van andere verhalen. Hij beschreef dertien jaar lang alle straten van zijn dorp en nog zo veel andere dingen.
Joan Jansen, de verhalen kent hij nog, maar zijn pen doet er voortaan het zwijgen toe.