Mark Storms nieuwe manager binnensportaccommodatie
September 2018
Als op 1 oktober de deuren van de nieuwe sportaccommodatie aan de Roodloop open gaan, zal Merk Storms er de sleutel omdraaien. De kersverse manager heeft de taak om de nieuwe accommodatie voor Laco te gaan exploiteren en dat is bij deze sportieve horecaman in goede handen.
“Dit is een ongelofelijke accommodatie voor een dorp als Hilvarenbeek.” Als Mark Storms het zegt, komt het uit de grond van zijn hart en hij is er ook ongelofelijk trots op dat hij de exploitatie van de nieuwe accommodatie aan mag gaan sturen. Vanaf mei dit jaar draaide hij al warm in de voorbereiding en de komende weken heeft hij het nog kneiterdruk met de laatste dingen die nog moeten gebeuren. Maar intussen is hij al druk doende om de dertig (!) werknemers van de oude Hispohal voor te bereiden op de overgang. Daarnaast draaien de installaties al om voorbereid te zijn en zelf gaat hij af en toe al zwemmen in het u nog iets te koude zwemwater.
“Mijn roots liggen in Limburg, maar ik had in de stad Tilburg een aantal eigen horecazaken,” legt hij uit. De 44-jarige Storms oogt ontspannen als we hem ontmoeten en moeiteloos somt hij op wat er de komende weken nog te doen is voor hem en de andere Laco-medewerkers.
Met zijn sport—opleiding klopte er altijd al een sportief hart bij hem, dat hij in de horeca terecht kwam was dan ook min of meer bij toeval. Dat hij in zijn nieuwe baan net deze twee elementen mag gaan combineren, voelt voor hem als een cadeautje.
“Ik heb er echt heel veel zin in,” zegt hij. “Een jaar terug zette ik bij hockeyclub WereDi in Tilburg nog de horeca op, maar dit is wel het dubbele omdat alles opnieuw op moet starten.”
Voor Storms is Hilvarenbeek niet de enige klus waar hij voor staat, want als manager bij Laco heeft hij drie accommodaties aan te sturen. Naast Hilvarenbeek zijn dat Goirle en Oirschot.
“Niet geheel toevallig werkten de zwembaden van Goirle en Hilvarenbeek al langer met elkaar samen,” laat hij weten.
Bij zijn aantreden hoorde hij van de roerige periode die er aan de exploitatie vooraf is gegaan, maar daar wil hij het niet al teveel over hebben. “Natuurlijk, er is veel gebeurd,” zegt hij. “Ik had het al van een afstand gevolgd, maar wat geweest is, is voorbij. Ik wil vooral naar de toekomst en naar de mogelijkheden kijken en mogelijkheden zijn er legio. Het mooie nieuwe zwembad dat uitgebreid werd naar zes wedstrijdbanen en de uitdaging om de sporthal goed bezet te krijgen. Maar ook om de fitness een eigen ruimte te geven. Helaas is het wat passen en meten met de opslagruimte in het nieuwe gebouw maar als we er eenmaal zitten komen we daar ook wel uit.”
Hij ziet het wel als een uitdaging om het sporten en dan met name het zwemmen, naar een hoger nivo te tillen.
Hij verwacht in de toekomst twee vaste dagen per week in Hilvarenbeek aanwezig te zijn, welke dat zijn kan hij nu nog niet zeggen. “In het begin zal het drukker zijn. Zo gaan we de receptie en de horeca aan elkaar koppelen. Dat is voor de medewerkers een uitdaging waar ze goed op ingewerkt moeten worden. Dat heeft zijn tijd en zijn aandacht nodig en zo zijn er nog meer kleine dingen.
Ik hoop ook dat we een goede service kunnen blijven leveren naar de verenigingen. De contacten zijn goed en de Sportraad vervult daar een mooie rol in.”
September 2018
Als op 1 oktober de deuren van de nieuwe sportaccommodatie aan de Roodloop open gaan, zal Merk Storms er de sleutel omdraaien. De kersverse manager heeft de taak om de nieuwe accommodatie voor Laco te gaan exploiteren en dat is bij deze sportieve horecaman in goede handen.
“Dit is een ongelofelijke accommodatie voor een dorp als Hilvarenbeek.” Als Mark Storms het zegt, komt het uit de grond van zijn hart en hij is er ook ongelofelijk trots op dat hij de exploitatie van de nieuwe accommodatie aan mag gaan sturen. Vanaf mei dit jaar draaide hij al warm in de voorbereiding en de komende weken heeft hij het nog kneiterdruk met de laatste dingen die nog moeten gebeuren. Maar intussen is hij al druk doende om de dertig (!) werknemers van de oude Hispohal voor te bereiden op de overgang. Daarnaast draaien de installaties al om voorbereid te zijn en zelf gaat hij af en toe al zwemmen in het u nog iets te koude zwemwater.
“Mijn roots liggen in Limburg, maar ik had in de stad Tilburg een aantal eigen horecazaken,” legt hij uit. De 44-jarige Storms oogt ontspannen als we hem ontmoeten en moeiteloos somt hij op wat er de komende weken nog te doen is voor hem en de andere Laco-medewerkers.
Met zijn sport—opleiding klopte er altijd al een sportief hart bij hem, dat hij in de horeca terecht kwam was dan ook min of meer bij toeval. Dat hij in zijn nieuwe baan net deze twee elementen mag gaan combineren, voelt voor hem als een cadeautje.
“Ik heb er echt heel veel zin in,” zegt hij. “Een jaar terug zette ik bij hockeyclub WereDi in Tilburg nog de horeca op, maar dit is wel het dubbele omdat alles opnieuw op moet starten.”
Voor Storms is Hilvarenbeek niet de enige klus waar hij voor staat, want als manager bij Laco heeft hij drie accommodaties aan te sturen. Naast Hilvarenbeek zijn dat Goirle en Oirschot.
“Niet geheel toevallig werkten de zwembaden van Goirle en Hilvarenbeek al langer met elkaar samen,” laat hij weten.
Bij zijn aantreden hoorde hij van de roerige periode die er aan de exploitatie vooraf is gegaan, maar daar wil hij het niet al teveel over hebben. “Natuurlijk, er is veel gebeurd,” zegt hij. “Ik had het al van een afstand gevolgd, maar wat geweest is, is voorbij. Ik wil vooral naar de toekomst en naar de mogelijkheden kijken en mogelijkheden zijn er legio. Het mooie nieuwe zwembad dat uitgebreid werd naar zes wedstrijdbanen en de uitdaging om de sporthal goed bezet te krijgen. Maar ook om de fitness een eigen ruimte te geven. Helaas is het wat passen en meten met de opslagruimte in het nieuwe gebouw maar als we er eenmaal zitten komen we daar ook wel uit.”
Hij ziet het wel als een uitdaging om het sporten en dan met name het zwemmen, naar een hoger nivo te tillen.
Hij verwacht in de toekomst twee vaste dagen per week in Hilvarenbeek aanwezig te zijn, welke dat zijn kan hij nu nog niet zeggen. “In het begin zal het drukker zijn. Zo gaan we de receptie en de horeca aan elkaar koppelen. Dat is voor de medewerkers een uitdaging waar ze goed op ingewerkt moeten worden. Dat heeft zijn tijd en zijn aandacht nodig en zo zijn er nog meer kleine dingen.
Ik hoop ook dat we een goede service kunnen blijven leveren naar de verenigingen. De contacten zijn goed en de Sportraad vervult daar een mooie rol in.”