Harrie Amting gooit geen oude spullen zo maar weg.

ED 2000
 
De Hulselse paasmarkt staat altijd voor een deel in het teken van oude gebruiksvoorwerpen. De leden van de NCB zijn al maandenlang spullen aan het verzamelen die in aanmerking komen voor de veiling van voorwerpen. Het gaat om spullen die ze zelf, of destijds hun ouders, op het bedrijf gebruikten en die nu een meerwaarde kunnen hebben doordat ze als decoratie in een moderne tuin kunnen fungeren maar ook doordat ze soms nog bruikbaar zijn.
Harrie Amting haalt uit een donker hoekje van een van zijn schuren wat rommel weg en trekt twee oude originele karwielen tevoorschijn. Het stof zit er dik op en de tekenen des tijds zijn aan de wielen af te lezen. “Minstens 60 jaar oud” zegt hij van het stel wielen die ooit dienden onder een kunstmeststrooier die getrokken werd door het paard van zijn vader. Aan de wielen blijkt nog een heel verhaal vast te zitten. “Het moet 17 of 18 jaar geleden zijn, mijn jongste zoon ging nog net niet naar school en had met zijn broers een hut in het stro gebouwd in deze zelfde schuur. Toen de anderen naar school waren ging de kleine deugniet nog even terug: maar vader Amting had niet gezien dat zoonlief lucifers in zijn zakken had gestopt. “Binnen de kortste keren stond de zaak in lichterlaaie” zegt Harrie over dit voorval. “We waren natuurlijk blij dat die kwajongen niets ernstigs mankeerde maar van de oude kunstmeststrooier waren alleen de wielen nog over. De rest ging in rook op.
Uit dezelfde hoek in de schuur vindt Harrie Amting een oude ijzeren ploeg. Hij kan zich herinneren dat zijn vader er begin jaren dertig mee werkte op de plek waar hij nu zijn boerenbedrijf heeft en waar zijn vader in de twintiger jaren neergestreken was als migrant uit Gelderland.
spullen uit de oude boerendoos
Het enthousiasme van Amting voor de verkoop van de oude gebruiksvoorwerpen is te begrijpen met een blik op zijn staat van dienst voor het organiserende marktcomite maar ook als bestuurder van een aantal andere organisaties. Zo zat hij 17 jaar in het NCB bestuur waar hij secretaris was totdat de plaatselijke afdeling opgeheven werd en opging in de NCB met de Mierden. Ook was hij jarenlang actief lid in kerk en schoolbestuur.
In het marktcomité voor de paasmarkt zat hij als afgevaardigde van de boerenbond en volgde hij 18 jaar geleden Jef Maas op. “Elke organiserende vereniging had ook toen al 2 leden in de organisatie en samen met mij was Johan Lavrijssen een man van het eerste uur die ook nu nog actief is op dit gebied”. De twee boerenbondvertegenwoordigers hebben in al die jaren Hulselse paasmarkt heel wat mensen zien gaan en komen. Vorig jaar werd het vierde lustrum gevierd en werden een aantal mensen gehuldigd die al jaren in de organisatie van de markt zaten. Door een administratieve fout was Harrie Amting hier niet bij. Het marktcomité zint op dit moment op rehabilitatie maar Harrie haalt nuchter zijn schouders op als er naar gevraagd wordt. “Ach ik heb me al die jaren met veel plezier ingezet voor de Hulselse markt.” zegt hij. Hij herrinnert zich nog leuke maar ook minder leuke voorvallen. Zo kan hij nu lachen over het voorval op de allereerste markt in 1977 die toen nog op Zaterdag voor pasen gehouden werd. De boerenbond had er een varken rondlopen waarvan de bezoekers het gewicht konden raden. Het geld dat binnen kwam ging in een oude sigarendoos maar toen op het einde van de dag de winst geteld kon worden bleek de doos foetsie te zijn.
Minder lachen kan Harrie om de gevolgen die het marktcomite ondervindt van de nieuwe gemeente Reusel de Mierden waar ze nu mee te maken hebben. “Jarenlang kregen we vanuit de oude gemeente de Mierden volop medewerking door het beschikbaar stellen van containers, schaftketen en dranghekken. We kunnen nu zelf op zoek naar alternatieven en in Reusel mogen we een verzoek tot subsidie indienen”, zegt hij met pessimisme in zijn stem.
Enthousiast is Harrie Amting over de medewerking die hij van alle boerenbondleden krijgt als er werkploegen moeten worden geformeerd. Ook over de samenwerking in het comité heeft hij niets dan lof, hetgeen hem typeert als een coöperatief man die nog een aantal jaren aktief hoopt te kunnen zijn op zijn eigen bedrijf. Op de Papenakkers is hij een van de 5 laatste koeien boeren in Hulsel. Samen met zijn zoon Jan verdeelt hij er de taken en alleen op Dinsdag en donderdagavond moet hij in zijn eentje de afwerking in de stallen doen: “Jan traint dan bij VV Hulsel waar hij als een verdienselijke links back de bal in de ploeg moet houden” zegt Harrie die in de hobby van zijn zoon Jeroen een belangrijk rustpunt weet: “Die kweekt in de zomer anjers en hier tussen voel ik me als God in Frankrijk met de rust van de natuur en de stilte om je heen”.